Informatie over het woord bear (Engels → Esperanto: naski)

Synoniemen: give birth to, farrow, beget, give birth

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/bɛə̯*/
Afbrekingbear
Shaw‐alfabet𐑚𐑺

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(I) bear(I) beared
(thou) bearest(thou) bearedst
(he) bears, beareth(he) beared
(we) bear(we) beared
(you) bear(you) beared
(they) bear(they) beared
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(I) bear (I) beared
(thou) bear(thou) beared
(he) bear(he) beared
(we) bear(we) beared
(you) bear(you) beared
(they) bear(they) beared
Gebiedende wijs
bear
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
bearingborne

Voorbeelden van gebruik

The moment I laid eyes on her, I knew she was the girl who should bear my sons.

Vertalingen

Afrikaansbaar
Catalaansgenerar; parir
Duitsgebären
Engels (Oudengels)acennan
Esperantonaski
Faeröersbera í heim; føða
Finssynnyttää
Fransfaire naître; mettre au monde
Hongaarsszül
Maleislahir
Nederlandsbaren; voortbrengen
Portugeesdar a luz; parir
Saterfriesgebääre; tou de Waareld brange
Schotsgie birth
Spaansparir