Informatie over het woord dringen (Nederlands → Esperanto: puŝadi)

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈdrɪŋə(n)/
Afbrekingdrin·gen

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) dring(ik) drong
(jij) dringt(jij) drong
(hij) dringt(hij) drong
(wij) dringen(wij) drongen
(jullie) dringen(jullie) drongen
(gij) dringt(gij) drongt
(zij) dringen(zij) drongen
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) dringe(dat ik) dronge
(dat jij) dringe(dat jij) dronge
(dat hij) dringe(dat hij) dronge
(dat wij) dringen(dat wij) drongen
(dat jullie) dringen(dat jullie) drongen
(dat gij) dringet(dat gij) dronget
(dat zij) dringen(dat zij) drongen
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
dringdringt
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
dringend, dringende(hebben) gedrongen

Voorbeelden van gebruik

De menigte begon te dringen en te mompelen en overal werden halzen gerekt.

Vertalingen

Duitsdringen
Engelspush
Esperantopuŝadi
Westerlauwers Frieskringe