Informatie over het woord leer (Afrikaans → Esperanto: lerni)

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/lɪə̯r/
Afbrekingleer

Vervoeging

Tegenwoordige tijdVerleden tijd
leer-
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
lerendegeleer

Voorbeelden van gebruik

Die president moes sy les geleer het toe sy vroeëre bemiddelingspoging in April van die hand gewys is.

Vertalingen

Albaneesmësoj
Catalaansaprendre
Deenslære
Duitslernen
Engelslearn
Engels (Oudengels)leornian
Esperantolerni
Faeröerslæra; nema
Finsoppia
Fransapprendre
Hawaiaansaʻo
Hongaarstanul
IJslandslæra
Italiaansimparare
Maleisbelajar
Nederduitsleyren
Nederlandsaanleren; leren
Noorslære
Papiamentssiña
Poolsuczyć się
Portugeesaprender
Roemeensînvăța; se instrui
Saterfriesleere
Schotslearn
Spaansaprender
Srananleri
Thaisเรียน
Tsjechischnaučit se; učit se
Turksöğrenmek
Welsdysgu
Zweedslära