Informatie over het woord bokaal (Nederlands → Esperanto: pokalo)

Synoniemen: cup, drinkbeker

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/boˈkal/
Afbrekingbo·kaal
Geslachtmanlijk
Meervoudbokalen

Voorbeelden van gebruik

We nemen een bokaal wijn of twee en dan zult u ontdekken dat ik opmerkelijke kanten bezit!
Ze overhandigde hem een eigenhandig ingeschonken zilveren bokaal.
Random onderwierp een kast in de hoek aan een onderzoek en bracht een fles en een paar bokalen te voorschijn.

Vertalingen

Catalaanscopa
Deensbæger
DuitsBecher; Pokal
Engelscup; beaker
Esperantopokalo
Finsmalja
Franscoupe
Italiaansbicchiere; boccale; calice
Latijncalix; cyathus
Papiamentsbéker; bokal; kùp
Portugeescopo; taça
Russischбокал
SaterfriesBiekel; Pokal
Spaanscopa
Sranankan
Tsjechischčíše; pohár
Zweedsbägare; kalk; pokal