Information about the word verergeren (Dutch → Esperanto: plimalboniĝi)

Synonym: verslechteren

Part of speechverb
Pronunciation/vəˈrɛrɣərə(n)/
Hyphenationver·er·ge·ren

Conjugation

Indicative mood
Present tensePast tense
(hij) verergert(hij) verergerde
(zij) verergeren(zij) verergerden
Subjunctive mood
Present tensePast tense
(dat hij) verergere(dat hij) verergerde
(dat zij) verergeren(dat zij) verergerden
Participles
Present participlePast participle
verergerend, verergerende(hebben) verergerd

Usage samples

Onze toch al benarde positie zou daardoor alleen maar verergerd zijn.

Translations

Albanianacarohet
Englishaggravate; worsen; deteriorate
Esperantoplimalboniĝi; malpliboniĝi
Germanschlechter werden; sich verschlechtern