Informatie over het woord den (Nederlands → Esperanto: pino)

Synoniemen: denneboom, mastboom, pijn, pijnboom, greneboom

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/dɛn/
Afbrekingden
Geslachtmanlijk
Meervouddennen

Verkleinwoord
EnkelvoudMeervoud
dennetjedennetjes

Voorbeelden van gebruik

Zo is het ook bij de dennen het geval.
Het bos staat vol dennen en berken.
Veel dennen die hier staan, zijn meer dan 100 jaar oud.

Vertalingen

Albaneespishë
Catalaanspi
Deensfyr; fyrretræ
DuitsFöhre; Kiefer
Engelspine; pine‐tree
Esperantopino
Faeröersfura
Finsmänty
Franspin
Grieksπεύκο; πεύκη
Hongaarsfenyőfa; fenyő
IJslandsfura
Italiaanspino
Latijnpicea; pinus; taeda
LuxemburgsKifer
Noorsfuru
Poolssosna
Portugeespinheiro
Roemeenspin
Russischсосна
SaterfriesFjuurenboom
Spaanspino
Thaisต้นสน
Tsjechischborovice; sosna
Turksçam
Welspinwydden
Westerlauwers Friesdin; dinnebeam
Zweedsfur; pinie; tall