Informo pri la vorto volhouden (nederlanda → esperanto: persisti)

Sinonimoj: doorbijten, doorzetten, het houden, het uithouden, voet bij stuk houden, volharden

Vortspecoverbo
Prononco/ˈvɔlɦɑu̯(d)ə(n)/
Dividovol·hou·den

Konjugacio

Indikativo
PrezencoPreterito
(ik) hou vol, houd vol(ik) hield vol
(jij) houdt vol(jij) hield vol
(hij) houdt vol(hij) hield vol
(wij) houden vol(wij) hielden vol
(jullie) houden vol(jullie) hielden vol
(gij) houdt vol(gij) hieldt vol
(zij) houden vol(zij) hielden vol
Subjunktivo
PrezencoPreterito
(dat ik) volhoude(dat ik) volhielde
(dat jij) volhoude(dat jij) volhielde
(dat hij) volhoude(dat hij) volhielde
(dat wij) volhouden(dat wij) volhielden
(dat jullie) volhouden(dat jullie) volhielden
(dat gij) volhoudet(dat gij) volhieldet
(dat zij) volhouden(dat zij) volhielden
Imperativo
Singularo/PluraloPluralo
hou vol, houd volhoudt vol
Participoj
Prezenca participoPreterita participo
volhoudend, volhoudende(hebben) volgehouden

Uzekzemploj

Drie dagen lang hield de steeds kleiner wordende colonne deze afschuwelijke mars vol.
Hij moest het nog een half jaar volhouden.
Hij hield het nog geen maand vol als minister.

Tradukoj

anglapersevere; persist
esperantopersisti
feroahalda fram
finnapysyä
francaperséverer; persister
germanaausdauern; aushalten; beharren; bestehen; verharren
hispanaperseverar; persistir
katalunapersistir
papiamentopersistí
portugalainsistir; perseverar; persistir
saterlanda frizonahäide; uutduurje; uuthoolde