Information about the word permuteren (Dutch → Esperanto: permuti)

Synonym: omzetten van de volgorde

Part of speechverb
Pronunciation/pɛrmyˈterə(n)/
Hyphenationper·mu·te·ren

Conjugation

Indicative mood
Present tensePast tense
(ik) permuteer(ik) permuteerde
(jij) permuteert(jij) permuteerde
(hij) permuteert(hij) permuteerde
(wij) permuteren(wij) permuteerden
(jullie) permuteren(jullie) permuteerden
(gij) permuteert(gij) permuteerdet
(zij) permuteren(zij) permuteerden
Subjunctive mood
Present tensePast tense
(dat ik) permutere(dat ik) permuteerde
(dat jij) permutere(dat jij) permuteerde
(dat hij) permutere(dat hij) permuteerde
(dat wij) permuteren(dat wij) permuteerden
(dat jullie) permuteren(dat jullie) permuteerden
(dat gij) permuteret(dat gij) permuteerdet
(dat zij) permuteren(dat zij) permuteerden
Imperative mood
Singular/PluralPlural
permuteerpermuteert
Participles
Present participlePast participle
permuterend, permuterende(hebben) gepermuteerd

Translations

Englishpermute
Esperantopermuti
Germanpermutieren; umstellen; vertauschen
Spanishpermutar