Informatie over het woord ĝui

Woordsoortwerkwoord
Afbrekingĝu·i

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdĝuas
Verleden tijdĝuis
Toekomende tijdĝuos
 
Voorwaardelijke wijs
ĝuus
 
Gebiedende wijs
ĝuu

 Deelwoorden
 Actieve deelwoordenPassieve deelwoorden
Tegenwoordige tijdĝuantaĝuata
Verleden tijdĝuintaĝuita
Toekomende tijdĝuontaĝuota

Vertalingen

Afrikaansgeniet
Deensnyde
Duitsgenießen; auskosten; sich erfreuen an
Engelsdelight in; enjoy
Faeröersnjóta
Finsnauttia
Fransjouir; jouir de
Maleisnikmat
Nederlandsgenieten; genieten van; savoureren; zich verlustigen in
Papiamentsdjòdjò; gosa
Portugeesdesfrutar; fruir; gozar
Saterfriesgenäite; genjoote; sik fraue an; sik fraue uur
Spaansgozar
Westerlauwers Friesgeniete