Informatie over het woord viziti

Woordsoortwerkwoord
Afbrekingvi·zit·i

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdvizitas
Verleden tijdvizitis
Toekomende tijdvizitos
 
Voorwaardelijke wijs
vizitus
 
Gebiedende wijs
vizitu

 Deelwoorden
 Actieve deelwoordenPassieve deelwoorden
Tegenwoordige tijdvizitantavizitata
Verleden tijdvizitintavizitita
Toekomende tijdvizitontavizitota

Vertalingen

Afrikaansbesoek; kuier by; ’n besoek aflê aan; kuier
Catalaansvisitar
Deensbesøge
Duitsbesuchen; einen Besuch abstatten
Engelsattend; call on; see; visit
Engels (Oudengels)gretan
Faeröersvitja
Finskäydä vieraissa
Fransrendre une visite; visiter
Hongaarslátogat
Italiaansvisitare
Jiddischבאַזוכן
Maleiskunjungi; mengunjungi
Nederlandsafgaan; een bezoek afleggen aan; bezoeken; op visite komen; op visite komen bij; opzoeken
Noorsbesøke
Papiamentsbishitá
Portugeesfazer visita; fazer visitas; ir ver; visitar
Roemeensvizita
Russischпосетить; посещать
Saterfriesbesäike; n Besäik moakje
Schotsveesit
Spaansvisitar
Srananfisiti
Thaisเที่ยว; ไปเที่ยว; แวะ; เยี่ยม
Westerlauwers Friesbesykje