Informatie over het woord orde (Nederlands → Esperanto: ordeno)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈɔrdə/
Afbrekingor·de
Geslachthistorisch vrouwelijk, tegenwoordig ook manlijk
Meervoudorden, ordes

Voorbeelden van gebruik

Hij behoort tot mijn orde, maar ik had hem in vele jaren niet gezien.
De ridders van beide orden werden als vijanden van koning Richard beschouwd, daar zij in de lange reeks twisten die zich in Palestina tussen Filips van Frankrijk en de Engelse koning hadden afgespeeld, de zijde van de eerste hadden gekozen.

Vertalingen

Afrikaansorde
Catalaanscondecoració; orde
DuitsOrden
Engelsorder
Engels (Oudengels)gebod
Esperantoordeno
Faeröersheiðursmerki
Portugeescomenda; condecoração; ordem
SaterfriesDekoration; Oarden
Spaansorden
Tsjechischřád