Synoniemen: beledigen, grieven, krenken, kwetsen, onrecht aandoen
Vervoeging
Aantonende wijs |
---|
Tegenwoordige tijd | Verleden tijd |
---|
(ik) verongelijk | (ik) verongelijkte |
(jij) verongelijkt | (jij) verongelijkte |
(hij) verongelijkt | (hij) verongelijkte |
(wij) verongelijken | (wij) verongelijkten |
(jullie) verongelijken | (jullie) verongelijkten |
(gij) verongelijkt | (gij) verongelijktet |
(zij) verongelijken | (zij) verongelijkten |
Aanvoegende wijs |
---|
Tegenwoordige tijd | Verleden tijd |
---|
(dat ik) verongelijke | (dat ik) verongelijkte |
(dat jij) verongelijke | (dat jij) verongelijkte |
(dat hij) verongelijke | (dat hij) verongelijkte |
(dat wij) verongelijken | (dat wij) verongelijkten |
(dat jullie) verongelijken | (dat jullie) verongelijkten |
(dat gij) verongelijket | (dat gij) verongelijktet |
(dat zij) verongelijken | (dat zij) verongelijkten |
Gebiedende wijs |
---|
Enkelvoud/Meervoud | Meervoud |
---|
verongelijk | verongelijkt |
Deelwoorden |
---|
Tegenwoordig deelwoord | Verleden deelwoord |
---|
verongelijkend, verongelijkende | (hebben) verongelijkt |