Informatie over het woord Fenster (Duits → Esperanto: fenestro)

Uitspraak/ˈfɛnstər/
AfbrekingFens·ter
Woordsoortzelfstandig naamwoord
Geslachtonzijdig

Verbuiging

 EnkelvoudMeervoud
NominatiefFensterFenster
GenitiefFenstersFenster
DatiefFensterFenstern
AccusatiefFensterFenster

Voorbeelden van gebruik

Kannst du das Fenster öffnen?
Ich mußte eine ganze Weile in Gedanken versunken an dem vergitterten Fenster gestanden haben.

Vertalingen

Afrikaansvenster
Albaneesdritare
Catalaansfinestra
Deensvindue
Engelswindow
Engels (Oudengels)eagþyrel
Esperantofenestro
Faeröersvindeyga
Finsikkuna
Fransfenêtre
Grieksπαράθυρο
Hongaarsablak
IJslandsgluggi
Italiaansfinestra
Latijnfenestra
Nederduitsvinster; venster; veinster
Nederlandsraam; venster
Noorsvindu
Papiamentsbentana
Poolsokno
Portugeesjanela
Roemeensfereastră
Russischокно
SaterfriesFinster
Schotswindae
Schots-Gaelischuinneag
Spaansventana
Srananfensre
Thaisหน้าต่าง
Tsjechischokénko; okno
Turkspencere
Welsffenestr
Westerlauwers Friesfinster; ramt; rút
Zweedsfönster