Informatie over het woord drug (Nederlands → Esperanto: drogo)

Synoniemen: narcoticum, verdovend middel

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/drɵk/
Afbrekingdrug
Geslachtmanlijk
Meervouddrugs

Voorbeelden van gebruik

Szájer zegt dat hij niets heeft gebruikt en ook niet weet van wie de drugs waren.
Daar werd onder meer een 1 kilo caffeïne, een versnijdingsmiddel voor drug, in beslag genomen.
Ik heb bovendien een nieuwe drug ontdekt.
Bij een grootschalige politieactie in Mangueira, een sloppenwijk in Rio de Janeiro, heeft de Braziliaanse politie drugs, wapens en zeker 30 voertuigen in beslag genomen.

Vertalingen

Afrikaansdwelm
DuitsDroge
Engelsdrug
Esperantodrogo; narkotiko; narkotilo
Fransdrogue; stupéfiant
Portugeesentorpecente; narcótico
Spaansnarcótico