Informatie over het woord zich verroeren (Nederlands → Esperanto: moviĝi)

Synoniemen: bewegen, zich bewegen, zich voortbewegen, trekken

Woordsoortwederkerend werkwoord
Afbrekingzich ver·roe·ren

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) verroer mij(ik) verroerde mij
(jij) verroert je(jij) verroerde je
(hij) verroert zich(hij) verroerde zich
(wij) verroeren ons(wij) verroerden ons
(jullie) verroeren ons(jullie) verroerden ons
(gij) verroert u(gij) verroerdet u
(zij) verroeren zich(zij) verroerden zich
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) mij zich verroere(dat ik) mij verroerde
(dat jij) je zich verroere(dat jij) je verroerde
(dat hij) zich zich verroere(dat hij) zich verroerde
(dat wij) ons verroeren(dat wij) ons verroerden
(dat jullie) ons verroeren(dat jullie) ons verroerden
(dat gij) u verroeret(dat gij) u verroerdet
(dat zij) zich verroeren(dat zij) zich verroerden
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
verroer jeverroert je
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
zich verroerend, zich verroerende(hebben) zich verrroerd

Voorbeelden van gebruik

Verroer je niet, Stephens!
Zijn prooi verroerde zich niet, scheen zijn voorzichtige voetspappen niet te horen.
Ik verroerde me niet, want ik kon het eenvoudig niet.
Er verroerde zich niets meer.
Verder verroerde ik me niet.