Informatie over het woord wegsnijden (Nederlands → Esperanto: amputi)

Synoniemen: afzetten, amputeren

Woordsoortwerkwoord

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) snij weg, snijd weg(ik) sneed weg
(jij) snijdt weg(jij) sneed weg
(hij) snijdt weg(hij) sneed weg
(wij) snijden weg(wij) sneden weg
(jullie) snijden weg(jullie) sneden weg
(gij) snijdt weg(gij) sneedt weg
(zij) snijden weg(zij) sneden weg
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) wegsnijde(dat ik) wegsnede
(dat jij) wegsnijde(dat jij) wegsnede
(dat hij) wegsnijde(dat hij) wegsnede
(dat wij) wegsnijden(dat wij) wegsneden
(dat jullie) wegsnijden(dat jullie) wegsneden
(dat gij) wegsnijdet(dat gij) wegsnedet
(dat zij) wegsnijden(dat zij) wegsneden
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
snij weg, sijnd wegsijndt weg
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
wegsnijdend, wegsnijdende(hebben) weggesneden

Vertalingen

Catalaansamputar
Deensamputere
Duitsabnehmen; abschneiden; amputieren
Engelsamputate
Esperantoamputi
Fransamputer
Grieksακρωτηριάζω; αποκόπτω
Hongaarsamputál
Italiaansamputare
Latijnamputare
Papiamentsamputá
Portugeesamputar
Russischампутировать; ампутацировать
Saterfriesamputierje; ounieme; ousniede
Spaansamputar
Tsjechischamputovat
Turksbir uzvu kesmek
Westerlauwers Friesôfsette; amputearje