Informatie over het woord oppeuzelen (Nederlands → Esperanto: manĝeti)

Synoniem: een hapje eten

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈopøzələ(n)/
Afbrekingop·peu·ze·len

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) peuzel op(ik) peuzelde op
(jij) peuzelt op(jij) peuzelde op
(hij) peuzelt op(hij) peuzelde op
(wij) peuzelen op(wij) peuzelden op
(jullie) peuzelen op(jullie) peuzelden op
(gij) peuzelt op(gij) peuzeldet op
(zij) peuzelen op(zij) peuzelden op
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) oppeuzele(dat ik) oppeuzelde
(dat jij) oppeuzele(dat jij) oppeuzelde
(dat hij) oppeuzele(dat hij) oppeuzelde
(dat wij) oppeuzelen(dat wij) oppeuzelden
(dat jullie) oppeuzelen(dat jullie) oppeuzelden
(dat gij) oppeuzelet(dat gij) oppeuzeldet
(dat zij) oppeuzelen(dat zij) oppeuzelden
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
peuzel oppeuzelt op
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
oppeuzelend, oppeuzelende(hebben) opgepeuzeld

Voorbeelden van gebruik

Van veel spinnen is wel bekend dat het wijfje het kleinere mannetje na de paring oppeuzelt.

Vertalingen

Engelssnack
Esperantomanĝeti