Informatie over het woord verkoelen (Nederlands → Esperanto: malvarmiĝi)

Synoniemen: koud worden, verkillen

Woordsoortwerkwoord

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) verkoel(ik) verkoelde
(jij) verkoelt(jij) verkoelde
(hij) verkoelt(hij) verkoelde
(wij) verkoelen(wij) verkoelden
(jullie) verkoelen(jullie) verkoelden
(gij) verkoelt(gij) verkoeldet
(zij) verkoelen(zij) verkoelden
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) verkoele(dat ik) verkoelde
(dat jij) verkoele(dat jij) verkoelde
(dat hij) verkoele(dat hij) verkoelde
(dat wij) verkoelen(dat wij) verkoelden
(dat jullie) verkoelen(dat jullie) verkoelden
(dat gij) verkoelet(dat gij) verkoeldet
(dat zij) verkoelen(dat zij) verkoelden
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
verkoelend, verkoelende(zijn) verkoeld

Vertalingen

Deensafkøle
Esperantomalvarmiĝi
Fransrefroidir
Italiaansraffreddarsi
Papiamentsfria
Portugeesarrefecer; esfriar
Zweedskallna; svalna