Informatie over het woord misgrijpen (Nederlands → Esperanto: maltrafi)

Synoniemen: mislopen, missen

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈmɪsxrɛi̯pə(n)/
Afbrekingmis·grij·pen

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) grijp mis(ik) greep mis
(jij) grijpt mis(jij) greep mis
(hij) grijpt mis(hij) greep mis
(wij) grijpen mis(wij) grepen mis
(jullie) grijpen mis(jullie) grepen mis
(gij) grijpt mis(gij) greept mis
(zij) grijpen mis(zij) grepen mis
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) misgrijpe(dat ik) misgrepe
(dat jij) misgrijpe(dat jij) misgrepe
(dat hij) misgrijpe(dat hij) misgrepe
(dat wij) misgrijpen(dat wij) misgrepen
(dat jullie) misgrijpen(dat jullie) misgrepen
(dat gij) misgrijpet(dat gij) misgrepet
(dat zij) misgrijpen(dat zij) misgrepen
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
misgrijpend, misgrijpende(hebben) misgegrepen

Voorbeelden van gebruik

Toen het monster misgreep was de woedende kreet die het slaakte volstrekt onmenselijk, en Lirael begon te rennen zoals ze nog nooit had gerend, zonder acht te slaan op haar pijnlijke voeten.

Vertalingen

Duitsverfehlen
Engelsmiss
Esperantomaltrafi
Fransmanquer; rater
Portugeeserrar o golpe; falhar
Saterfriesferfailje; misje
Schotsmiss
Spaansperder
Tsjechischchybit; minout; netrefit; zameškat
Zweedsmissa