Ynformaasje oer it wurd aandragen (Nederlânsk → Esperanto: alporti)

Synonimen: aanbrengen, bezorgen, brengen, apporteren

Wurdsoartetiidwurd
Utspraak/ˈandraɣən/
Ofbrekingaan·dra·gen

Ferfoarming

Oantoanende foarm
NotiidDoetiid
(ik) draag aan(ik) droeg aan
(jij) draagt aan(jij) droeg aan
(hij) draagt aan(hij) droeg aan
(wij) dragen aan(wij) droegen aan
(jullie) dragen aan(jullie) droegen aan
(gij) draagt aan(gij) droegt aan
(zij) dragen aan(zij) droegen aan
Oanfoegjende foarm
NotiidDoetiid
(dat ik) aandrage(dat ik) aandroege
(dat jij) aandrage(dat jij) aandroege
(dat hij) aandrage(dat hij) aandroege
(dat wij) aandragen(dat wij) aandroegen
(dat jullie) aandragen(dat jullie) aandroegen
(dat gij) aandraget(dat gij) aandroeget
(dat zij) aandragen(dat zij) aandroegen
hjittende foarm
Iental/MeartalMeartal
draag aandraagt aan
Mulwurden
NomulwurdDoemulwurd
aandragend, aandragende(hebben) aangedragen

Foarbylden fan gebrûk

Tom Poes ging bij hem zitten, en terwijl Joost versterkende middelen en warme dranken aandroeg, vertelde hij wat er die nacht gebeurd was.
In het zwart gehulde bedienden droegen gekoelde wijn aan.

Oarsettingen

Afrikaanskbring
Deenskbringe
Dútskbringen; anbringen; eintragen; heranbringen; überbringen
Esperantoalporti
Frânskamener; apporter
Fryskoanbringe; oandrage; tatôgje; bringe
Gryksk (Aldgryksk)ἄγω
Hongaarskodavisz
Ingelskbring
Ingelsk (Aldingesk)brengan; bringan
Yslânskflytja; færa
Italjaanskportare
Katalaanskaportar; portar; portar a
Latynadducere; ferre
Lúksemboarchskbréngen
Maleiskambil … mengambil
Noarskbringe
Papiamintskhiba; trese
Poalskprzynieść
Portegeesktrazer
Roemeenskaduce
Sealterfryskanbrange; brange; hääranbrange; iendreege; uurbrange
Skotsk-Geliskthoir
Spaanskaportar; traer
Surinaamsktyari
Swahili‐leta
Taiskเอา; เอา…มา
Tsjechyskdonésti
Turkskgetirmek