Informatie over het woord oplikken (Nederlands → Esperanto: langotrinki)

Synoniemen: opslobberen, slobberen

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈɔplɪkə(n)/
Afbrekingop·lik·ken

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) lik op(ik) likte op
(jij) likt op(jij) likte op
(hij) likt op(hij) likte op
(wij) likken op(wij) likten op
(jullie) likken op(jullie) likten op
(gij) likt op(gij) liktet op
(zij) likken op(zij) likten op
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) oplikke(dat ik) oplikte
(dat jij) oplikke(dat jij) oplikte
(dat hij) oplikke(dat hij) oplikte
(dat wij) oplikken(dat wij) oplikten
(dat jullie) oplikken(dat jullie) oplikten
(dat gij) oplikket(dat gij) opliktet
(dat zij) oplikken(dat zij) oplikten
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
lik oplikt op
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
oplikkend, oplikkende(hebben) opgelikt

Vertalingen

Esperantolangotrinki