Information about the word beschaven (Dutch → Esperanto: kulturi)

Synonyms: aankweken, bebouwen

Part of speechverb
Pronunciation/bəˈsxavə(n)/
Hyphenationbe·scha·ven

Conjugation

Indicative mood
Present tensePast tense
(ik) beschaaf(ik) beschaafde
(jij) beschaaft(jij) beschaafde
(hij) beschaaft(hij) beschaafde
(wij) beschaven(wij) beschaafden
(jullie) beschaven(jullie) beschaafden
(gij) beschaaft(gij) beschaafdet
(zij) beschaven(zij) beschaafden
Subjunctive mood
Present tensePast tense
(dat ik) beschave(dat ik) beschaafde
(dat jij) beschave(dat jij) beschaafde
(dat hij) beschave(dat hij) beschaafde
(dat wij) beschaven(dat wij) beschaafden
(dat jullie) beschaven(dat jullie) beschaafden
(dat gij) beschavet(dat gij) beschaafdet
(dat zij) beschaven(dat zij) beschaafden
Imperative mood
Singular/PluralPlural
beschaafbeschaaft
Participles
Present participlePast participle
beschavend, beschavende(hebben) beschaafd

Translations

Catalanconrear; cultivar
Esperantokulturi
Finnishviljellä
Frenchcultiver
Germanausbilden; hegen; kultivieren; veredeln; verfeinern
Italiancoltivare
Latincolere
Papiamentokultivá
Portugueseamanhar; cultivar
Spanishcultivar
Sranankweki
Swedishavla