Informatie over het woord bebouwen (Nederlands → Esperanto: kulturi)

Synoniemen: aankweken, beschaven

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/bəˈbɑu̯ʋə(n)/
Afbrekingbe·bou·wen

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) bebouw(ik) bebouwde
(jij) bebouwt(jij) bebouwde
(hij) bebouwt(hij) bebouwde
(wij) bebouwen(wij) bebouwden
(jullie) bebouwen(jullie) bebouwden
(gij) bebouwt(gij) bebouwdet
(zij) bebouwen(zij) bebouwden
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) bebouwe(dat ik) bebouwde
(dat jij) bebouwe(dat jij) bebouwde
(dat hij) bebouwe(dat hij) bebouwde
(dat wij) bebouwen(dat wij) bebouwden
(dat jullie) bebouwen(dat jullie) bebouwden
(dat gij) bebouwet(dat gij) bebouwdet
(dat zij) bebouwen(dat zij) bebouwden
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
bebouwbebouwt
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
bebouwend, bebouwende(hebben) bebouwd

Vertalingen

Catalaansconrear; cultivar
Duitsausbilden; hegen; kultivieren; veredeln; verfeinern
Esperantokulturi
Finsviljellä
Franscultiver
Italiaanscoltivare
Latijncolere
Papiamentskultivá
Portugeesamanhar; cultivar
Spaanscultivar
Sranankweki
Zweedsavla