Informatie over het woord aanraak (Afrikaans → Esperanto: tuŝi)

Woordsoortwerkwoord
Afbrekingaan·raak

Vervoeging

Tegenwoordige tijdVerleden tijd
aanraak -
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
aanrakendeaangeraak

Voorbeelden van gebruik

Geen hand mag hom aanraak nie.

Vertalingen

Catalaansafectar; concernir; tocar
Deensberøre
Duitsrühren; anrühren; berühren; tangieren
Engelstouch
Esperantotuŝi
Faeröersnerta
Finskoskettaa
Franstoucher
Grieksαγγίζω
Italiaanstoccare
Latijntangere
Maleissentuh
Nederlandsaankomen; aanraken; beroeren; toucheren
Papiamentsmishi
Portugeesbulir; mexer; tocar
Roemeensatinge
Saterfriesberüürje; roakje; röögje
Spaansestar en contacto; tocar
Srananfasi; meri
Thaisจด; ต้อง; แตะ; แตะต้อง
Westerlauwers Friesoanreitsje; oanroere
Zweedsberöra