Informatie over het woord begrijpen (Nederlands → Esperanto: kompreni)

Synoniemen: hoogte krijgen van, snappen, vatten, verstaan, kneizen

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/bəˈɣrɛi̯pə(n)/
Afbrekingbe·grij·pen

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) begrijp(ik) begreep
(jij) begrijpt(jij) begreep
(hij) begrijpt(hij) begreep
(wij) begrijpen(wij) begrepen
(jullie) begrijpen(jullie) begrepen
(gij) begrijpt(gij) begreept
(zij) begrijpen(zij) begrepen
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) begrijpe(dat ik) begrepe
(dat jij) begrijpe(dat jij) begrepe
(dat hij) begrijpe(dat hij) begrepe
(dat wij) begrijpen(dat wij) begrepen
(dat jullie) begrijpen(dat jullie) begrepen
(dat gij) begrijpet(dat gij) begrepet
(dat zij) begrijpen(dat zij) begrepen
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
begrijpbegrijpt
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
begrijpend, begrijpende(hebben) begrepen

Voorbeelden van gebruik

Maar ik zie aan je gezicht dat je me niet begrijpt.
Ik begrijp niet wat u bedoeld.
En eindelijk werd hij zo geestig, dat niemand hem meer begreep.

Vertalingen

Afrikaansbegryp; verstaan
Albaneeskuptoj
Catalaanscomprendre; entendre
Deensforstå
Duitsbegreifen; erfassen; verstehen; kapieren; einsehen
Engelsappreciate; apprehend; comprehend; understand
Engels (Oudengels)undergietan
Esperantokompreni
Faeröersfata; skilja
Finsymmärtää
Franscomprendre
Grieks (Oudgrieks)αἰσθάνομαι
Hongaarsért; megért
IJslandsskilja
Italiaanscapire; comprendere
Jamaicaans Creoolsandastan
Latijnintellegere
Maleisfaham; mengerti
Nederduitsbegrypen
Noorsforstå
Papiamentskèch; komprendé; komprondé
Poolsrozumieć
Portugeesapreender; compreender; entender
Roemeensînțelege
Russischпонимать; понять
Saterfriesbegriepe; ferstounde
Schots-Gaelischtuig
Spaanscomprender; entender
Srananfrustan
Thaisสำคัญ; เข้าใจ
Tsjechischchápat; pochopit; rozumět
Turksanlamak
Westerlauwers Friesbegripe; ferstean
Zweedsbegripa