Informatie over het woord samenspannen (Nederlands → Esperanto: komploti)

Synoniemen: een complot smeden, complotteren

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈsamə(n)spɑnə(n)/
Afbrekingsa·men·span·nen

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) span samen(ik) spande samen
(jij) spant samen(jij) spande samen
(hij) spant samen(hij) spande samen
(wij) spannen samen(wij) spanden samen
(jullie) spannen samen(jullie) spanden samen
(gij) spant samen(gij) spandet samen
(zij) spannen samen(zij) spanden samen
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) samenspanne(dat ik) samenspande
(dat jij) samenspanne(dat jij) samenspande
(dat hij) samenspanne(dat hij) samenspande
(dat wij) samenspannen(dat wij) samenspanden
(dat jullie) samenspannen(dat jullie) samenspanden
(dat gij) samenspannet(dat gij) samenspandet
(dat zij) samenspannen(dat zij) samenspanden
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
span samenspant samen
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
samenspannend, samenspannende(hebben) samengespand

Voorbeelden van gebruik

Door de hoge inflatie is de lira in 2018 flink in waarde gedaald, maar dat zou volgens Erdoğan door de tegen Turkije samenspannende buitenlandse partijen komen.
Je spant met Dick samen!
Het is moeilijk bij deze boosaardige lieden te zeggen wanneer zij samenspannen en wanneer zij elkander bedriegen.
Sinds Fydur zich niet langer in het gezelschap van Ulsenn en Petchnyoff ophield, was Arflane er zeker van dat de bootsman niet langer met hen samenspande.

Vertalingen

Catalaansconspirar
Duitsein Komplott schmieden; sich verschwören; konspirieren
Engelscollude; plot
Esperantokomploti; fari komploton
Papiamentskonspirá
Portugeesconspirar