Informatie over het woord achterhouden (Nederlands → Esperanto: kaŝgardi)

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈɑxtərɦɑu̯də(n)/
Afbrekingach·ter·hou·den

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) hou achter, houd achter(ik) hield achter
(jij) houdt achter(jij) hield achter
(hij) houdt achter(hij) hield achter
(wij) houden achter(wij) hielden achter
(jullie) houden achter(jullie) hielden achter
(gij) houdt achter(gij) hieldt achter
(zij) houden achter(zij) hielden achter
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) achterhoude(dat ik) achterhielde
(dat jij) achterhoude(dat jij) achterhielde
(dat hij) achterhoude(dat hij) achterhielde
(dat wij) achterhouden(dat wij) achterhielden
(dat jullie) achterhouden(dat jullie) achterhielden
(dat gij) achterhoudet(dat gij) achterhieldet
(dat zij) achterhouden(dat zij) achterhielden
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
hou achter, houd achterhoudt achter
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
achterhoudend, achterhoudende(hebben) achtergehouden

Vertalingen

Engelshold back; keep back; withhold
Esperantokaŝgardi
Westerlauwers Friesbenefterhâlde