Informatie over het woord baan (Nederlands → Esperanto: irejo)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ban/
Afbrekingbaan
Geslachthistorisch vrouwelijk, tegenwoordig ook manlijk
Meervoudbanen

Verkleinwoord
EnkelvoudMeervoud
baantjebaantjes

Voorbeelden van gebruik

Direct bij het betreden der baan zag ik al dat er iets mis was met mij.

Vertalingen

DuitsWeg; Bahn; Pfad
Engelspath; road; way
Esperantoirejo
Franschemin
Spaanscamino; vía
Zweedsbana