Informatie over het woord verruilen (Nederlands → Esperanto: interŝanĝi)

Synoniemen: inruilen, inwisselen, ruilen, uitwisselen, verwisselen, wisselen

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/vəˈrœy̯lə(n)/
Afbrekingver·rui·len

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) verruil(ik) verruilde
(jij) verruilt(jij) verruilde
(hij) verruilt(hij) verruilde
(wij) verruilen(wij) verruilden
(jullie) verruilen(jullie) verruilden
(gij) verruilt(gij) verruildet
(zij) verruilen(zij) verruilden
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) verruile(dat ik) verruilde
(dat jij) verruile(dat jij) verruilde
(dat hij) verruile(dat hij) verruilde
(dat wij) verruilen(dat wij) verruilden
(dat jullie) verruilen(dat jullie) verruilden
(dat gij) verruilet(dat gij) verruildet
(dat zij) verruilen(dat zij) verruilden
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
verruilverruilt
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
verruilend, verruilende(hebben) verruild

Voorbeelden van gebruik

Daar werd de zoon, die Dhrun was geheten, door de elfen verruild voor Madouc.

Vertalingen

Catalaansintercanviar; permutar; trocar
Deensudskifte
Duitsaustauschen; auswechseln; umtauschen; vertauschen; verwechseln
Engelschange; exchange; trade
Esperantointerŝanĝi
Finsvaihtaa
Franséchanger
Luxemburgswiesselen
Portugeescomutar; permutar; trocar
Saterfriesferbuutje; fertuuskje; ferwikselje; uumebuutje; uumetuuskje; uuttuuskje; uutwikselje
Spaanspermutar; trocar
Westerlauwers Friesútwikselje; wikselje