Informatie over het woord marbordo

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Afbrekingmar·bord·o

Verbuiging

 EnkelvoudMeervoud
Nominatiefmarbordomarbordoj
Accusatiefmarbordonmarbordojn

Vertalingen

Afrikaanskus
Albaneesbregdet; breg
Catalaanscosta
Deenskyst
DuitsKüste
Engelscoast; coastline; sea‐coast; sea‐shore; shore
Engels (Oudengels)sæ‐rima; sæstrand; særima
Fransbord; côte; côte rivage
Grieksακτή; παραλία
Hawaiaanskahakai
Hongaarstengerpart
IJslandsströnd
Italiaanscosta
Jamaicaans Creoolskuos
Latijnacta; litus; ora
LuxemburgsKüst
Nederduitsküst; küste
Nederlandskust; zeekust; zeeoever
Papiamentskosta
Poolswybrzeże
Portugeescosta; litoral
Roemeenscoastă; litoral
Russischберег
SaterfriesKuste
Schotsshore
Schots-Gaelischcladach
Spaanscosta; costa del mar
Sranansekanti
Swahilipwani
Tagalogbaybayin; baybay‐dagat
Thaisชายทะเล; ฝั่งทะเล; แนวชายฝั่งทะเล
Tsjechischbřeh; pobřeží
Turkskıyı; sahil
Westerlauwers Frieskust
Zweedskust