Informasie oor die woord kostumo

Woordsoortselfstandige naamwoord
Afbrekingko·stum·o

Verbuiging

 EnkelvoudMeervoud
Nominatiefkostumokostumoj
Akkusatiefkostumonkostumojn

Vertalinge

Deensdragt
DuitsAnzug; Gewand; Kostüm; Tracht; Kleid
Engelscostume; outfit; suit; dress
Faroëesbúni
Finspuku
Franscomplet; costume
Italiaansabito; costume
Katalaansvestit
Nederlandsdracht; gewaad; kostuum; pak
Papiamentsbistí; flus
Portugeescostume; traje; veste
Roemeenscostum
SaterfriesAnsuch; Dracht; Gewand; Kostüm; Pak
Spaanstraje
Sweedsklädedräkt; kostym
Tsjeggieskroj; oděv
Wes‐Friespak