Informatie over het woord use (Engels → Esperanto: uzi)

Synoniemen: employ, make use of, turn to account, turn to good account

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/juːz/
Afbrekinguse
Shaw‐alfabet𐑿𐑵𐑟

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(I) use(I) used
(thou) usest(thou) usedst
(he) uses, useth(he) used
(we) use(we) used
(you) use(you) used
(they) use(they) used
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(I) use (I) used
(thou) use(thou) used
(he) use(he) used
(we) use(we) used
(you) use(you) used
(they) use(they) used
Gebiedende wijs
use
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
usingused

Voorbeelden van gebruik

I want to use it as best I can.
As many of them are not used very often, you don’t have to know all of them.

Vertalingen

Afrikaansgebruik
Catalaansemprar; usar
Deensbenytte; bruge
Duitsanwenden; benutzen; brauchen; gebrauchen; verwenden; einsetzen
Esperantouzi; fari uzon de
Faeröersnýta
Finskäyttää
Fransappliquer; employer; se servir de; user de
Hongaarshasznál
IJslandsbrúka; nota
Italiaansusare
Latijnuti
Maleisgunakan; menggunakan
Nederduitsgebruken; bruken; gebrüken
Nederlandsaanwenden; gebruiken; gebruik maken van; inzetten
Papiamentsusa
Poolsużywać
Portugeesusar
Roemeensfolosi
Russischвладеть
Saterfriesanweende; benutsje; bruuke; ferweende
Schotsuise
Spaansemplear; usar
Thaisใช้
Turkskullanmak
Westerlauwers Friesbrûke
Zweedsanvända; begagna; bruka