Informasie oor die woord weghalen (Nederlands → Esperanto: forpreni)

Sinonieme: afnemen, afpakken, benemen, wegnemen

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈʋɛxɦalə(n)/
Afbrekingweg·ha·len

Vervoeging

Aantonende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(ik) haal weg(ik) haalde weg
(jij) haalt weg(jij) haalde weg
(hij) haalt weg(hij) haalde weg
(wij) halen weg(wij) haalden weg
(jullie) halen weg(jullie) haalden weg
(gij) haalt weg(gij) haaldet weg
(zij) halen weg(zij) haalden weg
Aanvoegende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(dat ik) weghale(dat ik) weghaalde
(dat jij) weghale(dat jij) weghaalde
(dat hij) weghale(dat hij) weghaalde
(dat wij) weghalen(dat wij) weghaalden
(dat jullie) weghalen(dat jullie) weghaalden
(dat gij) weghalet(dat gij) weghaaldet
(dat zij) weghalen(dat zij) weghaalden
Gebiedende wys
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
haal weghaalt weg
Deelwoorde
Teenwoordige deelwoordVerlede deelwoord
weghalend, weghalende(hebben) weggehaald

Voorbeelde van gebruik

De magiër zal dus vanavond afwezig zijn, zodat je de spiegel in alle rust kunt weghalen.
Hij wil dat ik al mijn planten weghaal.

Vertalinge

Afrikaanswegneem
Deenstage bort
Duitsfortnehmen; entziehen; wegnehmen; abnehmen
Engelstake away; remove
Esperantoforpreni
Fransôter; retrancher
Italiaansritirare
Latynabdere; adimere
Nederduitsvorthalen
Papiamentskita
Poolszabrać
Portugeesarrancar; tomar
Russiesзабирать; забрать
Saterfriesäntluuke; ouruumje; wächnieme
Spaansarrebatar
Wes‐Friesôfnimme