Informatie over het woord uitsterven (Nederlands → Esperanto: formorti)

Synoniemen: afsterven, wegsterven, versterven

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈœʏ̯tstɛrvə(n)/
Afbrekinguit·ster·ven

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(wij) sterven uit(wij) stierven uit
(jullie) sterven uit(jullie) stierven uit
(gij) sterft uit(gij) stierft uit
(zij) sterven uit(zij) stierven uit
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat wij) uitsterven(dat wij) uitstierven
(dat jullie) uitsterven(dat jullie) uitstierven
(dat gij) uitstervet(dat gij) uitstiervet
(dat zij) uitsterven(dat zij) uitstierven
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
uitstervend, uitstervende(zijn) uitgestorven

Voorbeelden van gebruik

Hij was zo enthousiast omdat men had gedacht dat deze vogels uitgestorven waren, maar men had ze in 1948 opnieuw ontdekt.
Tegen het eind van het Pleistoceen stierf het in Amerika uit en het is er pas in gezelschap van de Europese kolonisten weer teruggekeerd.
Hij stierf uit tegen het einde van het Krijt.

Vertalingen

Afrikaansuitsterf
Engelsdie out; become extinct; go extinct
Esperantoformorti
Italiaansmorire