Informatie over het woord beruiken (Nederlands → Esperanto: flaresplori)

Synoniemen: besnuffelen, ruiken aan

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/bəˈrœy̯kə(n)/
Afbrekingbe·rui·ken

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) beruik(ik) berook
(jij) beruikt(jij) berook
(hij) beruikt(hij) berook
(wij) beruiken(wij) beroken
(jullie) beruiken(jullie) beroken
(gij) beruikt(gij) berookt
(zij) beruiken(zij) beroken
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) beruike(dat ik) beroke
(dat jij) beruike(dat jij) beroke
(dat hij) beruike(dat hij) beroke
(dat wij) beruiken(dat wij) beroken
(dat jullie) beruiken(dat jullie) beroken
(dat gij) beruiket(dat gij) beroket
(dat zij) beruiken(dat zij) beroken
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
beruikberuikt
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
beruikend, beruikende(hebben) beroken

Vertalingen

Engelssmell at; sniff at
Esperantoflaresplori; flari