Informatie over het woord kaŭzi

Woordsoortwerkwoord
Afbrekingkaŭz·i

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdkaŭzas
Verleden tijdkaŭzis
Toekomende tijdkaŭzos
 
Voorwaardelijke wijs
kaŭzus
 
Gebiedende wijs
kaŭzu

 Deelwoorden
 Actieve deelwoordenPassieve deelwoorden
Tegenwoordige tijdkaŭzantakaŭzata
Verleden tijdkaŭzintakaŭzita
Toekomende tijdkaŭzontakaŭzota

Voorbeelden van gebruik

En 1991 la malkaŝo de tiuj falsaĵoj kaŭzis lian kondamnon pro kaŝado de informoj al la Kongreso.

Vertalingen

Afrikaansberokken; veroorsaak
Catalaanscausar
Duitsantun; bewirken; veranlassen; verursachen; zufügen; bereiten; zur Folge haben; mit sich bringen
Engelscause; give rise to; inflict; provoke; result in; wreak; bring
Engels (Oudengels)gedon
Faeröersgera; orsaka
Franscauser; déterminer; entraîner des conséquences; procurer; provoquer
IJslandsorsaka
Italiaanscausare
Maleismembangkitkan
Nederduitsstichten; veroarsaken
Nederlandsaanrichten; berokkenen; flikken; stichten; teweegbrengen; veroorzaken; ten gevolge hebben; zorgen voor; bezorgen
Papiamentskousa
Poolspowodować; sprawiać
Portugeescausar; produzir; ser causa de
Russischвозбуждать
Saterfriesandwo; bewierkje; feranlasje; feruurseekje; touföigje
Spaanscausar; dar lugar a; instigar; maquinar; ocasionar; producir
Swahili‐tia
Thaisให้
Westerlauwers Friesferoarsaakje; oandeare
Zweedsföranleda; förorsaka; orsaka