Informatie over het woord filmen (Nederlands → Esperanto: filmi)

Synoniem: opnemen

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈfɪlmə(n)/
Afbrekingfil·men

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) film(ik) filmde
(jij) filmt(jij) filmde
(hij) filmt(hij) filmde
(wij) filmen(wij) filmden
(jullie) filmen(jullie) filmden
(gij) filmt(gij) filmdet
(zij) filmen(zij) filmden
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) filme(dat ik) filmde
(dat jij) filme(dat jij) filmde
(dat hij) filme(dat hij) filmde
(dat wij) filmen(dat wij) filmden
(dat jullie) filmen(dat jullie) filmden
(dat gij) filmet(dat gij) filmdet
(dat zij) filmen(dat zij) filmden
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
filmfilmt
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
filmend, filmende(hebben) gefilmd

Voorbeelden van gebruik

Het interview werd gefilmd.
Een paar weken werd er niet gefilmd.

Vertalingen

Afrikaansopneem; afneem
Duitsfilmen
Engelsfilm; shoot
Esperantofilmi
Papiamentsfilma