Informatie over het woord stay (Engels → Esperanto: resti)

Synoniemen: remain, stay over, abide, keep, rest, stop, tarry

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/steɪ̯/
Afbrekingstay
Shaw‐alfabet𐑕𐑑𐑱
Deseret‐alfabet𐑅𐐻𐐩

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(I) stay(I) stayed
(thou) stayest(thou) stayedst
(he) stays, stayeth(he) stayed
(we) stay(we) stayed
(you) stay(you) stayed
(they) stay(they) stayed
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(I) stay (I) stayed
(thou) stay(thou) stayed
(he) stay(he) stayed
(we) stay(we) stayed
(you) stay(you) stayed
(they) stay(they) stayed
Gebiedende wijs
stay
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
stayingstayed

Voorbeelden van gebruik

She would be missed if she stayed longer.
Can I stay?
The Republic of Ireland is staying in the European Union.

Vertalingen

Afrikaansbly
Catalaansromandre
Chinook-jargonmiɬayt
Deensforblive
Duitsbleiben; sich aufhalten
Engels (Oudengels)ætsittan
Esperantoresti
Faeröerssteðga; vera eftir; verða verandi
Finsjäädä
Fransrester
Italiaansrestare
Latijnmanere
Luxemburgsbleiwen
Maleismenginap
Nederduitsblyven
Nederlandsblijven; toeven; verblijven; zich ophouden
Noorsbli
Papiamentskeda
Poolszostawać
Portugeesficar; permanecer; restar
Roemeensrămâne; sta
Russischоставаться; остаться
Saterfriesblieuwe; uurblieuwe
Schots-Gaelischfan; fuirich
Spaansquedarse
Sranantan
Swahili‐kaa
Thaisอาศัย; อาศัยอยู่
Welsaros
Westerlauwers Friesbliuwe
Zweedsförbli; förbliva; stanna