Information about the word verzuren (Dutch → Esperanto: acidigi)

Synonyms: zuren, zuur maken, aanzuren

Part of speechverb
Pronunciation/vərˈzyːrə(n)/
Hyphenationver·zu·ren

Conjugation

Indicative mood
Present tensePast tense
(ik) verzuur(ik) verzuurde
(jij) verzuurt(jij) verzuurde
(hij) verzuurt(hij) verzuurde
(wij) verzuren(wij) verzuurden
(jullie) verzuren(jullie) verzuurden
(gij) verzuurt(gij) verzuurdet
(zij) verzuren(zij) verzuurden
Subjunctive mood
Present tensePast tense
(dat ik) verzure(dat ik) verzuurde
(dat jij) verzure(dat jij) verzuurde
(dat hij) verzure(dat hij) verzuurde
(dat wij) verzuren(dat wij) verzuurden
(dat jullie) verzuren(dat jullie) verzuurden
(dat gij) verzuret(dat gij) verzuurdet
(dat zij) verzuren(dat zij) verzuurden
Imperative mood
Singular/PluralPlural
verzuurverzuurt
Participles
Present participlePast participle
verzurend, verzurende(hebben) verzuurd

Translations

Catalanacidificar
Englishacidify
Esperantoacidigi
Frenchacidifier; aigrir; faire aigrir; rendre acide
Germansauer machen; säuern; ansäuern
Portugueseazedar