Informatie over het woord rich (Engels → Esperanto: riĉa)

Synoniemen: affluent, wealthy, well‐off, well‐to‐do

Woordsoortbijvoeglijk naamwoord
Uitspraak/ɹɪtʃ/
Afbrekingrich
Shaw‐alfabet𐑮𐑦𐑗
Deseret‐alfabet𐑉𐐮𐐽

Trappen van vergelijking

Stellende traprich
Vergrotende trapricher
Overtreffende traprichest

Voorbeelden van gebruik

I can make you rich beyond all measure.

Vertalingen

Afrikaansryk
Albaneespasur
Catalaansric
Deensrig
Duitsreich
Engels (Oudengels)rice
Esperantoriĉa
Faeröersríkur
Finsrikas
Fransriche
Grieksπλούσιος
Hongaarsgazdag
IJslandsríkur
Italiaansricco
Jamaicaans Creoolsrich
Nederduitsryk
Nederlandsgefortuneerd; rijk; vermogend
Noorsrik
Oekraïensбагатий
Papiamentsriku
Poolsbogaty
Portugeesrico
Roemeensbogat
Russischбогатый
Saterfriesdjooch; drjooch; fermuugend; riek; uurfloudich
Schots-Gaelischbeartach
Spaansacaudalado; rico
Sranangudu
Swahilitajiri
Tagalogmayaman
Thaisรวย; ร่ำรวย
Tsjechischbohatý
Westerlauwers Friesryk
Zweedsrik