Informo pri la vorto inzwenken (nederlanda → esperanto: enturniĝi)

Vortspecoverbo
Prononco/ˈɪnzʋɛŋkə(n)/
Dividoin·zwen·ken

Konjugacio

Indikativo
PrezencoPreterito
(ik) zwenk in(ik) zwenkte in
(jij) zwenkt in(jij) zwenkte in
(hij) zwenkt in(hij) zwenkte in
(wij) zwenken in(wij) zwenkten in
(jullie) zwenken in(jullie) zwenkten in
(gij) zwenkt in(gij) zwenktet in
(zij) zwenken in(zij) zwenkten in
Subjunktivo
PrezencoPreterito
(dat ik) inzwenke(dat ik) inzwenkte
(dat jij) inzwenke(dat jij) inzwenkte
(dat hij) inzwenke(dat hij) inzwenkte
(dat wij) inzwenken(dat wij) inzwenkten
(dat jullie) inzwenken(dat jullie) inzwenkten
(dat gij) inzwenket(dat gij) inzwenktet
(dat zij) inzwenken(dat zij) inzwenkten
Imperativo
Singularo/PluraloPluralo
zwenk inzwenkt in
Participoj
Prezenca participoPreterita participo
inzwenkend, inzwenkende(zijn) ingezwenkt

Tradukoj

esperantoenturniĝi