Informatie over het woord datum (Zweeds → Esperanto: dato)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Geslachtonzijdig

Verbuiging

 EnkelvoudMeervoud
 OnbepaaldBepaaldOnbepaaldBepaald
Nominatiefdatumdatumet, datotdatum, datadatumen, data
Genitiefdatumsdatumets, datotsdatums, datasdatumens, datas

Vertalingen

Afrikaansdatum
Albaneesdatë
Catalaansdata
Deensdato
DuitsDatum; Zeitangabe; Zeitpunkt
Engelsdate
Esperantodato
Finspäivämäärä
Fransdate
Hongaarsdátum
IJslandsdagsetning
Italiaansdata
LuxemburgsDatum
Nederduitsdåtum
Nederlandsdagtekening; datering; datum
Noorsdato
Papiamentsfecha
Poolsdata
Portugeesdata
Roemeensdată
Russischчисло
SaterfriesDoatum
Spaansfecha
Swahilitarehe
Thaisวันที่
Westerlauwers Friesdei; datum