Informatie over het woord zuur (Nederlands → Esperanto: acida)

Woordsoortbijvoeglijk naamwoord
Uitspraak/zyːr/
Afbrekingzuur

Voorbeelden van gebruik

De herbergier trok een zuur gezicht en durfde Reith niet in de ogen te zien.

Vertalingen

Engelsacid; sour
Esperantoacida
Nederduitssuur