Informo pri la vorto deur (nederlanda → esperanto: pordo)

Vortspecosubstantivo
Prononco/døːr/
Dividodeur
Genrohistorie ina, nuntempe ankaŭ vira
Pluralodeuren

Diminutivo
SingularoPluralo
deurtjedeurtjes

Uzekzemploj

Hij trad naar binnen en wierp de deur dreunend achter zich dicht.
Om erachter te komen wat er zich aan de andere kant bevond, zou hij de deur moeten openen om te kijken.
De deur was open, maar alles wat er te zien was, was een korte gang die naar een trap voerde.
Zijn gids leunde tegen de deur, haalde de sleutel uit het slot en stak hem in zijn zak.

Tradukoj

afrikansodeur
angladoor
esperantopordo
katalunaporta
kimradrws
platgermanadöär
skotadoor