Informatie over het woord uitrusting (Nederlands → Esperanto: ekipaĵo)

Synoniemen: inrichting, uitrustingsstuk, armamentarium

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈœy̯trɵstɪŋ/
Afbrekinguit·rus·ting

Voorbeelden van gebruik

Het tweetal bracht hun uitrusting aan dek.
Je hebt dus verstand van de uitrusting die nodig is?

Vertalingen

DuitsAusrüstung; Ausstattung
Engelsequipment; accoutrement; accoutrements
Esperantoekipaĵo
Papiamentsekipahe
Portugeesequipamento
Roemeensechipament