Informatie over het woord bezoeken (Nederlands → Esperanto: plagi)

Synoniem: plagen

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/bəˈzukə(n)/
Afbrekingbe·zoe·ken

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) bezoek(ik) bezocht
(jij) bezoekt(jij) bezocht
(hij) bezoekt(hij) bezocht
(wij) bezoeken(wij) bezochten
(jullie) bezoeken(jullie) bezochten
(gij) bezoekt(gij) bezocht
(zij) bezoeken(zij) bezochten
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) bezoeke(dat ik) bezochte
(dat jij) bezoeke(dat jij) bezochte
(dat hij) bezoeke(dat hij) bezochte
(dat wij) bezoeken(dat wij) bezochten
(dat jullie) bezoeken(dat jullie) bezochten
(dat gij) bezoeket(dat gij) bezochtet
(dat zij) bezoeken(dat zij) bezochten
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
bezoekbezoekt
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
bezoekend, bezoekende(hebben) bezocht

Vertalingen

Engelsafflict; plague
Esperantoplagi