Informatie over het woord mask (Engels → Esperanto: maski)

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/mɑːsk/
Afbrekingmask
Shaw‐alfabet𐑥𐑭𐑕𐑒

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(I) mask(I) masked
(thou) maskest(thou) maskedst
(he) masks, masketh(he) masked
(we) mask(we) masked
(you) mask(you) masked
(they) mask(they) masked
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(I) mask (I) masked
(thou) mask(thou) masked
(he) mask(he) masked
(we) mask(we) masked
(you) mask(you) masked
(they) mask(they) masked
Gebiedende wijs
mask
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
maskingmasked

Vertalingen

Deensmaskere
Esperantomaski
Nederlandsmáskeren
Portugeesmascarar
Spaanspaliar