Informatie over het woord lamineren (Nederlands → Esperanto: lamenigi)

Synoniem: pletten

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/lamiˈnerə(n)/
Afbrekingla·mi·ne·ren

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) lamineer(ik) lamineerde
(jij) lamineert(jij) lamineerde
(hij) lamineert(hij) lamineerde
(wij) lamineren(wij) lamineerden
(jullie) lamineren(jullie) lamineerden
(gij) lamineert(gij) lamineerdet
(zij) lamineren(zij) lamineerden
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) laminere(dat ik) lamineerde
(dat jij) laminere(dat jij) lamineerde
(dat hij) laminere(dat hij) lamineerde
(dat wij) lamineren(dat wij) lamineerden
(dat jullie) lamineren(dat jullie) lamineerden
(dat gij) lamineret(dat gij) lamineerdet
(dat zij) lamineren(dat zij) lamineerden
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
lamineerlamineert
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
laminerend, laminerende(hebben) gelamineerd

Vertalingen

Engelslaminate
Esperantolamenigi