Informatie over het woord melden (Nederlands → Esperanto: sciigi)

Synoniemen: bekendmaken, in kennis stellen, kond doen van, mededelen, op de hoogte brengen, aanzeggen, verwittigen, verluiden, te kennen geven, laten weten

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈmɛldə(n)/
Afbrekingmel·den

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) meld(ik) meldde
(jij) meldt(jij) meldde
(hij) meldt(hij) meldde
(wij) melden(wij) meldden
(jullie) melden(jullie) meldden
(gij) meldt(gij) melddet
(zij) melden(zij) meldden
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) melde(dat ik) meldde
(dat jij) melde(dat jij) meldde
(dat hij) melde(dat hij) meldde
(dat wij) melden(dat wij) meldden
(dat jullie) melden(dat jullie) meldden
(dat gij) meldet(dat gij) melddet
(dat zij) melden(dat zij) meldden
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
meldmeldt
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
meldend, meldende(hebben) gemeld

Voorbeelden van gebruik

Zo was het enige tijd verdergegaan toen de raven meldden dat Dain en meer dan vijfhonderd dwergen, die zich van de IJzerheuvels spoedden, nu op twee dagmrsen van Dal waren, uit het noordoosten komend.
Afgelopen december meldden de Verenigde Staten dat volgens informatie van hun geheime dienst 315.000 Russische soldaten zijn omgekomen of gewond geraakt.
Veel straten stonden blank en putdeksels kwamen omhoog, meldde de brandweer.

Vertalingen

Afrikaansaankondig; bekendmaak; te kenne gee
Deensmeddele
Duitsangeben; mitteilen; verkünden; ankündigen; melden; wissen lassen; benachrichtigen
Engelsmake known; advise; announce; apprise; convey; inform; let know; notify
Engels (Oudengels)acyþan
Esperantosciigi
Faeröerslata vita; siga frá
Fransapprendre à; faire part de
Grieksαγγέλω
Hongaarstudat
Italiaansinsegnare
Nederduitsmelden
Poolszawiadomić
Portugeesinformar; noticiar; notificar
Saterfriesankännigje; anreeke; meedeele
Spaansdivulgar; enterar; hacer saber; informar
Thaisแจ้ง
Westerlauwers Friesoansizze; bekendmeitsje
Zweedstillkännagiva