Informatie over het woord sneven (Nederlands → Esperanto: perei)

Synoniemen: de dood vinden, eraan gaan, omkomen, óndergaan, te gronde gaan, vergaan, verongelukken, het leven laten, het leven verliezen

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈsnevə(n)/
Afbrekingsne·ven

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) sneef(ik) sneefde
(jij) sneeft(jij) sneefde
(hij) sneeft(hij) sneefde
(wij) sneven(wij) sneefden
(jullie) sneven(jullie) sneefden
(gij) sneeft(gij) sneefdet
(zij) sneven(zij) sneefden
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) sneve(dat ik) sneefde
(dat jij) sneve(dat jij) sneefde
(dat hij) sneve(dat hij) sneefde
(dat wij) sneven(dat wij) sneefden
(dat jullie) sneven(dat jullie) sneefden
(dat gij) snevet(dat gij) sneefdet
(dat zij) sneven(dat zij) sneefden
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
sneefsneeft
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
snevend, snevende(zijn) gesneefd

Voorbeelden van gebruik

Ik ben Bard en het was door mijn hand dat de draak sneefde en uw schat werd teruggegeven.
Maar wij zullen sneven op het veld van eer!
Ze zijn gesneefd.

Vertalingen

Afrikaansvrek
Catalaansperir
Duitsumkommen; untergehen; zu Grunde gehen
Engelsperish; lose one’s life
Esperantoperei
Faeröersglatast; umkomast
Finstuhoutua
Franspérir; s’abîmer
Latijnperire
Poolsginąć; umrzeć
Portugeesdestruir‐se; perecer
Russischгибнуть
Saterfriestou Gruunde gunge; unnergunge; uumekuume
Spaansperecer
Thaisเสียชีวิต
Westerlauwers Friesferkomme
Zweedsförgås